Smulpaapje kookt! Aardappelcakejes met pastinaak

Pastinaak is een prachtige wintergroente, die we in Nederland eigenlijk pas sinds kort hebben ontdekt. Samen met aardappel is het een gouden combinatie qua smaak.

En hoewel dit recept in eerste instantie misschien wat bewerkelijk lijkt, valt het qua moeilijkheid echt reuze mee. Als je puree kunt maken, kun je deze cakejes ook maken. Echt!

Voor 4 personen

350g pastinaak, geschild en in stukken
500g aardappel, geschild en in stukken
1 tl gerookte paprika (kun je dit niet vinden gebruik dan gewoon paprikapoeder)
1 tl gemalen komijn
100g geraspte geitenkaas (wij gebruikten olijf & tomaat, maar iedere variant kan)

Om te paneren

2 eitjes, losgeklopt
paneermeel

Aardappel, maar dan anders

Je stoomt de aardappel en pastinaak. Dit kun je tegelijk doen, maar de aardappel heeft waarschijnlijk wel net iets langer nodig, dus haal de pastinaak er op tijd uit. Als beiden gaar zijn, maar nog wel wat stevigheid hebben, haal je ze eruit en snijd je ze in kleinere blokjes, Heb je geen stoompan? Geen nood! Een vergiet of zeef in een pan met een deksel erop heeft hetzelfde effect.

Puree, maar dan anders

Verhit een pan met 2 eetlepels olijfolie en bak daar de kruiden even kort in aan. Dan de aardappel en pastinaak erbij en een minuut of 10 om en om bakken, tot ze wat goudbruine randjes krijgen. Doe ze dan in een kom en stamp ze met een aardappelstamper of vork fijn. Ze hoeven niet superfijn, iets structuur is wel lekker. Dan de geitenkaas erbij, even goed doorroeren met een houten lepel en goed laten afkoelen, tot je er met je handen in kunt zonder ze te verbranden.

Kroketjes of cakejes

Als het mengsel goed is afgekoeld kun je aan de slag om ze te vormen tot cakejes of kroketjes. Wij kozen voor platte cakejes. Iets natte handen helpt om ze goed te kunnen vormen. Als alles klaar is leg je ze op een schaal en zet je ze minimaal een uur weg. Ideaal is om dit de avond voordat je ze gaat bakken te doen, dat scheelt op de dag zelf weer tijd.

Paneren en bakken

Verwarm de oven voor op 200C. Op een bord doe je een flinke laag fijn paneermeel. In een ander diep bord klop je de eitjes. Verhit in de tussentijd een goede laag zonnebloemolie in een grote pan. Haal de cakejes eerst door het ei, dan goed dik het paneermeel erop. Zo ga je door tot ze allemaal gedaan zijn. Daarna bak je ze om en om goudbruin aan, zonder dat je ze gaar laat worden. Doe ze in een ovenschaal of op een bakplaat en schuif ze nog een minuut of 15 de oven in tot ze goed heet en goudbruin zijn. Serveer met je zelfgemaakte tomatensaus!

Gepubliceerd op 17 februari 2014