Rabarber muffins

Rabarbermuffins
Rabarber is, net als asperges, zo’n prachtige seizoensgroente (ja, groente, geen fruit zoals veel mensen denken) die op het moment volop verkrijgbaar is. En je kunt er zo veel mee maken. Een frisse compote, lekker in de yoghurt of met wat aardbeien. Of je maakt er sap van. Heerlijk! Maar wij maken er dit keer muffins mee.
Net weer even anders dan de gewone, reguliere muffins. De rabarber doe je er rauw in en wordt gaar in de muffins. Hoe makkelijk wil je het hebben? In minder dan een half uur heb je 12 heerlijk verse muffins op tafel staan, die groot én klein niet zullen kunnen weerstaan.
Voor 12 muffins
150g suiker
250g rabarber, in stukjes gesneden
160 ml zonnebloemolie
1 ei, losgeklopt
1 el vanille extract
225ml karnemelk
300g bloem
1 el bakpoeder
1 el zuiveringszout
1 tl kaneel
optioneel: voor een krokante top
50gr suiker
50g bloem
25g havervlokken
1 el kaneel
50g zachte boter
Rabarber muffins
Meng de rabarber met de suiker en laat even staan. Verwarm de oven voor op 200C. Voor de krokante bovenlaag van de muffins mix je alle droge ingrediënten en meng je daarna de boter er met je handen doorheen. Je krijgt uiteindelijk een kruimelig mengsel
Voor de muffins meng je alle droge ingrediënten in één kom. In een andere kom meng je de natte ingrediënten. Voeg het natte mengsel toe aan de rabarber en meng. Als laatste de droge ingrediënten er door mengen, maar vooral niet te veel mengen. Het mengsel mag wat klonterig blijven. (als je teveel mengt worden de muffins niet zo luchtig)
Pak een muffinblik en vet de holtes in of voorzie ze van een muffinvormpje. Vul voor 2/3 (ik doe dit altijd met een ijslepel, de perfecte maat hiervoor) en dek af met een goede laag van het kruimelmengsel.
Bak gedurende 18-20 minuten in de voorverwarmde oven, tot ze mooi gouden bruin zijn. Wil je zeker weten dat ze gaar zijn, prik dan met een saté prikker in het midden. Als die er schoon uitkomt, zijn je muffins klaar.
Laat nog even afkoelen in het bakblik, haal ze er daarna voorzichtig uit en laat verder afkoelen op een rekje. Het lekkerst zo uit de oven, nog een heel klein beetje warm. Ook lekker als ontbijt! Maak dan het beslag de avond ervoor en bak op de ochtend dat je ze wilt eten. Krijg je ze niet allemaal in één keer op, verwarm de dag erna de oven dan op 100C en doe ze nog even 5 minuutjes in de oven en zezijn weer net zo lekker als op de dag dat je ze gebakken had.
Gepubliceerd op 4 juli 2013